Posts tonen met het label dood. Alle posts tonen
Posts tonen met het label dood. Alle posts tonen

woensdag 21 augustus 2013

De dood in beeld

Afgelopen vrijdag werd prins Friso in besloten kring begraven. De lokatie van de dienst en de begrafenis was afgeschermd en publiek werd op afstand gehouden. Met geregiseerde vrijgegegeven foto- en filmbeelden kreeg 'het volk' toch een inkijkje in dit verdrietige moment voor de familie Van Oranje. Het was balanceren tussen persoonlijk verdriet en de publieke behoefte (nieuwsgierigheid).

De belangstelling voor de dood of de begrafenis van bekende personen is niet iets van recente tijd, hoewel de mogelijkheid van moderne media de zaken wel extreem vergroten. Vroeger was er die behoefte ook, maar verschenen de verslagen in de kranten met enige vertraging en waren er geen 'live beelden', maar gravures die afgedrukt werden of te koop waren. De komst van de fotografie brengt hierin de eerste verandering. Er komen foto's van begrafenissen en van de overledene op zijn doodsbed of in de kist, post-mortem foto's genaamd.
Vanaf het begin van de fotografie is de dood vastgelegd. Veel professionele fotografen in de 19e eeuw portretteerden dode mensen. In het bijzonder pasgestorven beroemdheden en vorsten werden op serene wijze gefotografeerd. De foto nam daarbij de plaats in van het dodenmasker, een afgietsel in was of gips van een dood persoon. Dodenmaskers werden gemaakt om de gelaatsuitdrukking van een persoon te behouden waarmee later bijvoorbeeld portretten konden worden gemaakt, een functie die de fotografie overnam.

Een van de eerste begrafenissen in de Bommelerwaard waarbij fotografie om de hoek kwam kijken was van de Zaltbommelse burgemeester Jacobus Thooft. Op zijn begrafenis in 1872 werd aan de dragers van de kist 'diens welgelijkend photographisch portret tot aandenken' uitgereikt. Het was geen post-mortem foto maar een portretfoto op carte-de-viste formaat van de burgervader van omstreeks 1865. Van een andere Zaltbommelse burgemeester, Cornelis Peter Lenshoek, zijn de eerste bekende foto's van een begrafenis zelf. Ze zijn gemaakt begin februari 1901 door de in Zaltbommel gevestigde fotograaf Johannes van Rijn. Die foto's zijn mogelijk ook verkrijgbaar geweest voor derden. Zaltbommel was dat jaar in rouw. Drie maanden na de burgemeester overleed op 27 mei 1901 plotseling de gemeentesecretaris. Ook van diens begrafenis maakte Van Rijn een foto.

Vanaf 1900 verschijnen meerdere foto's van begrafenissen van notabele inwoners uit de streek. In de collectie van het streekarchief zitten daarvan verschillende voorbeelden, zoals bijvoorbeeld van de uitvaart en bijzetting in het familiegraf van notaris H.C. de Jong uit Ammerzoden of telgen van de Zaltbommelse familie Philips. Met de opkomst van geïllustreerde tijdschriften na 1900 zoals de Prins, of later Gelderland in woord en beeld werden foto's van begrafenissen ook opgenomen in 'de bladen'.

In de collectie van het streekarchief berusten ook post-mortem opnamen uit de jaren 1950-1960 vervaardigd door Fotobureau Het Zuiden. Deze foto's zijn uit piëteitsoverwegingen vooralsnog niet openbaar.

Sil van Doornmalen,
adjunct-streekarchivaris.

NB. van 8 maart t/m 15 juni 2003 organiseerde het Haags Fotomuseum een tentoonstelling over post-mortem fotografie: Mortalis. Het beeld van de dood in de fotografie

woensdag 28 september 2011

Doodsbriefjes

Overlijdensverklaringen met vermelding doodsoorzaken in Streekarchief Bommelerwaard.

Rob van Drie schreef in het septembernummer van 'Genealogie', het blad van het Centraal Bureau voor Genealogie, een lezenswaardig artikel over Het Doodsbriefje (verklaring van overlijden). De verklaringen van overlijden werden ingevoerd in 1865. Vanaf 1926 werden twee verklaringen gemaakt, het doodsbriefje A met een beknopte omschrijving van de doodsoorzaak en een doodsbriefje B met een uitgebreidere verklaring. Vanaf 1 april 1956 bevat het doodsbriefje A niet meer de exacte doodsoorzaak.
Van Drie schrijft over de doodsbriefjes vanaf 1865 en de doodsbriefjes A vanaf 1926 tot 1956, die in de gemeentelijke archieven terechtkwamen: 'veel van die briefjes zijn inmiddels vernietigd. Een gemeente kan en hoeft niet alle documenten te bewaren. Bij de bepaling van wat wel en niet bewaard moet worden, maakt men gebruik van een landelijke selectielijst. Daarop komt de 'verklaring van overlijden' voor als een document dat mag worden vernietigd.' Dat is niet helemaal waar. De huidige selectielijst voor gemeenten (Selectielijst voor archiefbescheiden van gemeentelijke en intergemeentelijke organen opgemaakt opgemaakt of ontvangen vanaf 1 januari 1996) bevat inderdaad die bepaling, maar die selectielijst heeft – de titel zegt het al - slechts terugwerkende kracht tot 1996 en gaat dus in het geheel niet over de doodsbriefjes tot 1956. Voor stukken van vóór 1996 gold en geldt nog steeds de Vernietigingslijst van 1983 en daarin staat dat de overlijdensverklaringen met vermelding van doodsoorzaak vernietigd mogen worden indien de doodsoorzaak is vermeld op de persoonskaart. Dat impliceert dat indien die doodsoorzaak niet op de persoonskaart staat, de overlijdensverklaring bewaard moet worden. De genoemde lijst uit 1983 had een voorganger uit 1948. Daarin wordt met zoveel woorden gesteld dat de overlijdensverklaringen bewaard moesten worden. Van Drie stelt dat vanaf de invoering van de persoonskaarten in 1939 de doodsoorzaak op de persoonskaart werd overgenomen van het doodsbriefje. Als dat altijd zo zou zijn zouden vanaf 1983 (ook met terugwerkende kracht tot 1939) de verklaringen van overlijden inderdaad mogen worden vernietigd, zoals hierboven ook is betoogd.

Ik weet niet hoe het in andere gemeenten was geregeld, maar van de dertien gemeenten die de Bommelerwaard van 1939 tot 1955 kende (Ammerzoden, Brakel, Gameren, Hedel, Heerewaarden, Hurwenen, Kerkwijk, Maasdriel, Nederhemert, Poederoijen, Rossum, Zaltbommel en Zuilichem) was er geen enkele die de doodsoorzaak noteerde op de persoonskaarten.

Dat leidt tot de conclusie dat de verklaringen van overlijden met vermelding van doodsoorzaken van die gemeenten niet vernietigd hadden mogen worden. In veel gemeenten is dat toch gebeurd. Voor het overzicht van bewaard gebleven verklaringen in de gemeentelijke archieven die berusten bij het Streekarchief Bommelerwaard: klik hier. Van de overige gemeenten zijn dergelijke verklaringen dus niet (meer) aanwezig.


Jan Buylinckx,
streekarchivaris